50 tips om te slagen voor je rijexamen

Een goede voorbereiding is het halve werk.

Je hebt bijna al je rijlessen achter de rug en de datum van het praktijkexamen komt steeds dichterbij. Je mag nu bijna gaan afrijden bij het CBR. Bijna iedereen vindt dat spannend. Maar hoe zorg je ervoor dat je meteen de eerste keer voor het examen slaagt? In dit blog geven wij daarvoor 50 handige tips om vol zelfvertrouwen het CBR praktijkexamen in te gaan. Je kunt de 50 tips om te slagen voor je rijexamen hier ook downloaden om uit te printen. Ga je de tips ergens ophangen? Maak er een leuke foto van en tag ons in je social, dat vinden wij leuk!

Succes met je praktijkexamen!

Hopelijk helpen de 50 tips om te slagen voor je rijexamen. Heb je nog vragen of denk je zelf nog aan een andere tip, wij horen deze graag van je want daarmee kunnen wij samen weer anderen helpen.  LEEUW opleidingen wenst je in ieder geval heel veel succes met je praktijkexamen!

50 tips om te slagen voor je praktijkexamen

1. Iedereen heeft in meer of mindere maten last van zenuwen voor het examen. Maak daarom het praktijkexamen niet groter dan dat het is. Medicijnen tegen de zenuwen zijn overigens géén goed idee omdat ze een negatieve invloed kunnen hebben op je alertheid.
2. Een foutje maken tijdens het praktijkexamen is niet erg. Blijf dan rustig en denk vooral in oplossingen. Het gaat om het totaalbeeld, veilig en zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Daar beoordeelt de examinator je op tijdens de rit.
3. Probeer zo veilig, vlot en zelfstandig mogelijk te rijden. Rij zoals je geleerd hebt van je instructeur en neem initiatief.
4. Tijdens het praktijkexamen kan je instructeur met je meerijden. Dit vinden de meeste leerlingen prettig. Er zit een vertrouwd iemand bij je in de auto. Hierdoor voel jij je meer op je gemak. Bovendien kent je instructeur meestal de examinator. Dit zorgt voor een ontspannen sfeer in de auto. Mocht je onverhoopt zakken voor het praktijkexamen, dan weet je instructeur waar hij/zij je nog extra op moet trainen zodat je de volgende keer wel slaagt!
5. Je instructeur kan precies beoordelen of je klaar bent voor het praktijkexamen. Vertrouw op zijn/haar oordeel en volg dat advies op. Liever een paar extra lessen dan op goed geluk naar het examen.
6. Een proefexamen wordt door een andere LEEUW instructeur afgenomen. Het duurt even lang als een rijexamen, je doet dezelfde dingen. Het is een onderdeel van het pakket Rijopleiding in stappen. Een tussentijdse toets wordt afgenomen door het CBR. Als je de bijzondere verrichtingen goed, vlot en veilig uitvoert, kun je vrijstelling krijgen voor dit onderdeel van je eerste praktijkexamen.
7. Zorg ervoor dat je op het tijdstip van je praktijkexamen al les hebt gehad. Zo heb je een idee welke verkeersdrukte je kunt verwachten.
8. Je moet op alle momenten goed en veilig kunnen rijden. Rustig, fietsende scholieren, drukte, daglicht, schemer, regen, zon, mist, het moment dat je aan het verkeer deelneemt is vaak onvoorspelbaar.
9. Ervaringen en goed bedoelde adviezen van anderen over het rijexamen, kunnen op je zenuwen gaan werken. Vertel daarom zo min mogelijk mensen wanneer je praktijkexamen is. Zo voorkom je dat de druk onnodig toeneemt.
10. Probeer de avond voor je examen te ontspannen, kijk bijvoorbeeld een leuke film. En ga op tijd naar bed. Voel je fit en uitgerust, dan presteer je het beste!
11. Vergeet niet te ontbijten in de ochtend. Een examen doen vereist concentratie, goede voeding helpt daarbij. En ga voor de start van je examen nog even naar het sanitair.
12. Luister goed welke opdracht je krijgt. Doe dan gelijk iets met die informatie. Immers de examinator geeft jou op tijd de opdracht.
13. De examinator doet er alles aan om jou op je gemak te stellen. De examinator is niet op zoek naar een kans om jou op een klein foutje te betrappen. Focus je daarom op de examenrit.
14. Doe je checks bij het examencentrum, hinder geen andere weggebruikers en rij dan rustig weg. Haasten is niet nodig!
15. Als de examenrit begint, focus je dan op het autorijden. Het eindresultaat volgt later.
16. Je rijdt de parkeerplaats op van het CBR én blijf aandachtig tot het einde. Pas als de motor uitstaat en je wegloopt van het voertuig, is het praktijkexamen voorbij.
17. Een rijexamen kent geen verrassingen. Je wordt optimaal voorbereid voor je praktijkexamen tijdens de rijlessen door je instructeur.
18. Op de site van het CBR staan filmpjes over het praktijkexamen die goed tonen wat je kunt verwachten. Je kunt voor een praktijkexamen bij de auto ook een tussentijdse toets of proefexamen doen. Deze zijn identiek aan een echt rijexamen.
19. Het is goed om bepaalde situaties te onthouden en niet te beoordelen (zeker niet negatief!). De examinator kan je namelijk na je examenrit vragen waarom je een beslissing die twijfelachtig was, hebt gemaakt. Een goede onderbouwing kan het verschil maken tussen zakken of slagen.
20. Geloof erin dat je het praktijkexamen gaat halen. Je voelt je dan zekerder en minder zenuwachtig. Vertrouw erop dat je laat zien wat je van je instructeur geleerd hebt.
21. Blijf rijden zoals je instructeur het je geleerd heeft en zoals je gewend bent. Leg ongevraagd en goed bedoeld advies van anderen naast je neer.
22. Pas je snelheid aan de omstandigheden aan en zorg dat je alles onder controle hebt. Bij gunstige omstandigheden rij je vlot, zo mogelijk met de maximaal toegestane snelheid.
23. Geloof in jezelf en durf te rijden. Door initiatief te tonen, laat je zien dat je actief aan het verkeer deelneemt.
24. Eet een banaan of een dextro energy voor het examen. Hierin zitten stoffen die bevorderlijk zijn voor je motivatie, alertheid en concentratie.
25. Gebruik geen zware medicatie of andere middelen die jouw gemoedstoestand veranderen. Het is gevaarlijk en verboden. Je kan hierdoor een rijontzegging krijgen.
26. De examinator wil zien dat je met vertrouwen achter het stuur zit en dat je alles onder controle hebt.
27. Je laat zien wat je van plan bent in het verkeer. Je twijfelt niet en stopt niet onnodig.
28. Zorg dat je jezelf bent tijdens het praktijkexamen. Dit kost je het minste energie.
29. Als de verkeerssituatie om inhalen vraagt, dan mag je ander verkeer niet hinderen. Kijk goed en houd je aan de verkeersregels. Laat andere weggebruikers op tijd weten wat je van plan bent. Gebruik hiervoor de richtingaanwijzer.
30. Je hoeft niet op de rechterrijstrook te blijven rijden. Als de situatie het toelaat, kan je van rijstrook wisselen. Kijk goed en laat andere weggebruikers op tijd weten wat je van plan bent.
31. Bij het in- en uitvoegen is het heel belangrijk dat je goed om je heen en vooruit kijkt. Je moet namelijk op het goede moment en met de juiste snelheid in- en uitvoegen. Daarbij mag je niemand hinderen.
32. Een onderdeel van het praktijkexamen zijn de bijzondere verrichtingen. Houd hierbij rekening met andere weggebruikers en voer ze veilig uit.
33. Het kan gebeuren dat de examinator een opdracht geeft die je niet goed verstaat. Je kunt de examinator altijd vragen om de opdracht te herhalen.
34. Wanneer de examinator wilt dat je een verkeersverrichting gaat uitvoeren, dan hoor je dat vanzelf. Je blijft ondertussen gewoon rechtdoor rijden. De examinator is aan het observeren hoe je rijdt en hoe je reageert op verkeerssituaties.
35. Een examenrit duurt zolang dat de examinator nodig heeft om een goed besluit te nemen. De rit duurt ongeveer 25 minuten bij een scooterexamen, 35 minuten bij een examen voor de auto en de motor. De examenrit duurt ongeveer 60 minuten bij een examen voor de bus, vrachtwagen en trekker.
36. Een examinator kan een opdracht geven die niet kan worden uitgevoerd (bijvoorbeeld om een straat in te rijden waar je niet in mag, inhalen waar het niet mag). Het is jouw taak om de examinator hierop te wijzen. De examinator geeft dan aan wat je vervolgens moet doen.
37. Het gaat niet alleen om kijken/zien. Eigenlijk gaat het voor de bestuurder om waarnemen! Dan kan je goed voorspellen wat je moet doen in het verkeer.
38. Neem de tijd om goed in je spiegels te kijken om het totaaloverzicht te behouden maar overdrijf niet.
39. Beweeg met het verkeer mee en speel in op situaties die zich voordoen (bijvoorbeeld gas loslaten wanneer in de verte een verkeerslicht op rood gaat). Dit zorgt tevens voor een betere doorstroming in het verkeer.
40. Op rechte en bochtige weggedeelten zorg je voor genoeg ruimte vóór, achter en naast je voertuig. Let erop dat je mogelijk gevaar op tijd ziet en je hier dus goed op kunt reageren. Houd ook een juiste snelheid aan: vlot waar het kan en rustig waar dat nodig is.
41. Als je een kruispunt nadert, moet je goed vooruit kijken en je snelheid tijdig aanpassen aan de situatie. Zorg ervoor dat je de verkeersregels goed toepast en op de juiste manier om je heen kijkt. Laat andere weggebruikers op tijd weten wat je van plan bent.
42. Let altijd goed op je kijkgedrag en snelheid bij zebrapaden (Officiële benaming is een voetgangersoversteekplaats) en rotondes. Voorrang verlenen en voorrang nemen blijft natuurlijk ook belangrijk.
43. Zet je favoriete radiozender op een laag volume. Zo heb je geen vervelende stiltes tijdens de examenrit.
44. Taal van de weg: Kijk vooruit. Waar moet ik rijden? Welke strook is voor mij? Hoe hard mag ik? Heb ik hier voorrang? Zijn er borden die mij iets willen zeggen?
45. Als je een tolk wilt meenemen naar het praktijkexamen voor de auto (met aanhangwagen), motor, bromfiets, vrachtwagen (met aanhangwagen) of bus (met aanhangwagen), dan regel je zelf de tolk. Wij geven dit bij het aanvragen van het examen aan bij het CBR. Wij geven ook aan om welke taal het gaat. De tolk vertaalt de examinator.
46. De examinator let erop of je zelfstandig rijdt en goed vooruit kijkt. Het is een hulpmiddel. Een verkeerde straat inrijden of rechtsaf in plaats van linksaf gaan, is niet erg. De navigatie berekent dan een nieuwe route. Wanneer de navigatie onjuiste informatie (Tip: een beëdigd tolk kun je inhuren bij Hearhear) geeft, dan kies jij zelf een oplossing.
47. Voor het afleggen van het praktijkexamen krijg je vrij. Natuurlijk moet je je wel afwezig melden op school. Het volgen van de rijlessen moet ná schooltijd ingepland worden.
48. Voor alle soorten rijbewijzen moet je een geldig legitimatie bewijs meenemen naar het praktijkexamen. Zonder een geldige legitimatie gaat het examen niet door. De instructeur zorgt voor de bevestiging van je praktijkexamen. Je moet het rijbewijs B meenemen wanneer je opgaat voor het praktijkexamen voor de auto en aanhangwagen, voor de vrachtwagen of voor de bus. Voor het praktijkexamen van de bus en aanhangwagen moet je het rijbewijs D meenemen. Je C rijbewijs neem je mee voor het praktijkexamen vrachtwagen en aanhangwagen.
49. Bij het CBR kan je een faalangst examen doen. Je krijgt dan een examinator die extra training heeft gehad om mensen met faalangst te begeleiden tijdens het rijexamen. Gedurende de rit kun je zelfs om een time-out vragen.
50. Comfortabele kleding en schoenen is erg belangrijk. Wat betreft kleding is het prettig dat je het niet te warm hebt en je gemakkelijk kunt bewegen. Wat de schoenen betreft zijn platte schoenen het fijnste. Zo kun je de pedalen goed voelen. Voor het praktijkexamen van de motor gelden andere kledingeisen. De motorrijder draagt een goedgekeurde helm, oogbescherming, hoge schoenen of laarzen, handschoenen en beschermende kleding.

LEEUW opleidingen is door het CBR erkend

Op deze pagina van het CBR vind je alle opleidingen die je bij ons kunt volgen om een rijbewijs te halen.

Over 50 tips om te slagen voor je rijexamen

• In de hoek linksonder staan de pictogrammen van de verschillende voertuigen voor welke categorie rijbewijs de tip van toepassing is.
• De tips zijn met de grootste zorg samengesteld. Het kan zijn dat de inhoud wijzigt door wijzigingen bij bijvoorbeeld het CBR. Zie je iets dat niet meer klopt, laat het ons weten. Dan passen wij de tip graag aan. Dank voor het meedenken!